woensdag 1 januari 2014

Schaakfestival Groningen 2013

In de laatste weken van het afgelopen jaar heb ik meegedaan aan het Schaakfestival Groningen. Net als vorig jaar logeerde ik weer op hotelboot Mars samen met een groep andere jeugdspelers. Frank Thoma was weer bereid gevonden om als kok op te treden, en Dolf Meijer en Piet Peelen waren ook weer van de partij. Thomas Willemze overnachtte ook op de boot en hielp ook mee met begeleiden.

Dit jaar bleef ik de rustdag op de boot, en moest ik dus in een keer al mijn spullen mee. Dit was niet zo handig in de trein en bus, want ik moest een enorme koffer dragen waar ik zelf nog wel in had gepast. Maar ik reisde samen met Timardi en Halana, dus het was gezellig en uiteindelijk kwamen we mooi op tijd aan in de speelzaal. Bij de inschrijving kregen de spelers niet alleen een pen, maar ook een plattegrond van Groningen (waarschijnlijk omdat we vorig jaar een keer verdwaald waren) en zelfs een al van tevoren gemaakt toernooiboek!

Vorig jaar speelde ik in de B-groep, en daar had ik qua rating eigenlijk dit jaar weer in moeten spelen. Maar ik speel liever tegen sterkere spelers en van de organisatie had ik een wildcard voor de A-groep gekregen. Daardoor had ik wel veruit de laagste rating omdat mijn fide niet zo hoog is. Zo begon ik op het laatste bord, en scoorde een 0 tegen een WIM. Dit had ik eigenlijk wel verwacht, en dat kon ik dus vrolijk aan Dolf vertellen. Die was toevallig net in gesprek met Tiviakov, de trainer van de familie van Foreest. Dat schaken, en vooral winnen, daar belangrijker is dan voor mij, was meteen duidelijk aangezien hij me streng toesprak: “Jij mag niet lachen, jij moet huilen!” Dat werd dus tijdens het toernooi een veel gebruikte opmerking, waarbij iedereen zijn leuke accent goed nadeed. Tijdens de analyse van mijn partij kwam er een jongetje kijken, dat Dolf kende. Hij vroeg wiens partij het was, en Dolf antwoordde dat het de partij van Maaike was.”Oh Maaike Keetman?”, en hij bleef kijken. Hij kende mijn naam dus wel, alleen kwam hij er pas 5 minuten later achter dat ik er gewoon bij zat!

In het eerste weekend was er rondom de boot een winterfair, en konden we nog niet op de boot eten. Gelukkig had Frank geregeld dat we in het eetcafé de Tweede Kamer een lekkere maaltijd kregen. Dit ging prima en op de boot heerste ook een uitstekende sfeer. Ik zat bij Lola op de kamer, en het was heel gezellig, ze snurkte alleen maar de eerste nacht. Er werden wat afspraken gemaakt over de bedtijden en hoe laat we aan het ontbijt moesten zitten, en daar hield iedereen zich zowaar redelijk aan. Veel spelers waren zelfs al lang voor 9 uur aan het ontbijten de tweede dag, maar dat werd uiteraard iedere dag een stukje later omdat het toch wel een vermoeiend toernooi is.

Wat wel bleef was dat iedereen 's morgens vroeg al wakker werd omdat Thomas vrolijk “Cordia! Cordia!” naar iedereen roept die langs zijn kamer loopt. Bijna iedereen had namelijk een bijnaam, en Cordia was de bijnaam van Joris. Andere bijnamen waren Belgema, Achmed, Bontkraag, Snor en Slet. Misschien kunt u raden bij wie deze bijnamen horen. Ze horen overigens niet bij Mees of Halana want die waren meestal met zijn tweeën beneden (ik denk aan het trainen...), en dus niet vaak genoeg te zien om een bijnaam te verdienen. Gelukkig was de Beerebeer zelf ook af en toe aan het slapen en was iedereen denk ik wel uitgeruster dan vorig jaar.

De tweede dag had ik een vrije ronde want het aantal deelnemers was oneven geworden, en ik had de laagste rating. Dit was niet zo gunstig, omdat ik de ronden erna dus hoger ingedeeld zou worden. Ik had weinig te doen, en ging eerder weg om met anderen een spelletje te doen in schaakcafé Atlantis. De winterfair was inmiddels afgelopen, maar toen ik op de boot aankwam mocht ik er niet op, juist omdat de tentoonstelling al af was. Na wat aandringen kreeg ik de reden te horen: “Je moet hier nu echt snel weggaan, want straks komen er schakers!” Toen ik vertelde dat ik zelf ook een van die schakers was, mocht ik gelukkig wel blijven, al kreeg ik nog wel te horen dat ik er niet uitzag als een schaker. Ik weet nog niet of dat een compliment was.

De oliebollenscore was dit jaar wat minder makkelijk te halen. Het doel was namelijk 12 uit 18, en de eerste ronden haalden we beduidend minder. Maar dat komt natuurlijk omdat de meesten laag geplaatst zijn en dus omhoog werden ingedeeld. Toch werden er al wat mooie overwinningen geboekt, en werden we op de boot beloond met lekker eten. Het is grappig om te zien hoe erg de eetgewoonten verschillen. Zo schept Arthur drie borden vol, terwijl Lola amper een half bord opkrijgt. Zij heet dan ook Den Dunnen. Anderen, zoals Tjark, hebben problemen met de kleur van het eten. Hij eet namelijk geen groene dingen, en als Vos natuurlijk sowieso geen groente. Zo ontstond de volgende situatie: “Wat zijn dat?” “Dat zijn snijbonen, Tjark.” “Oh daar heb ik wel eens van gehoord!”

Dit toernooi werden er heel wat weddenschappen afgesloten. Zo waren de verliezers ineens te zien in Afrikaanse broeken. Later deze week moest Jorden er ook een aan doen, precies op de dag dat hij geïnterviewd werd en op tv kwam! Volgens de tv zijn schakers dus hippe gasten! Verder dacht Marijn dat hij wel meer pannenkoeken op zou kunnen dan Arthur. Omdat Arthur al een hotdog en 10 boterhammen op had was het nog gelukt ook, maar ze hadden nergens om gewed, dus was het voor niets geweest. Arthur had ook een studie aan Marijn gegeven, en als hij de winnende oplossing zou geven kreeg hij 50 euro. Hij kwam tot de goede conclusie maar helaas was het tijdverspilling geweest, want de studie was remise in alle varianten...

De vierde ronde hadden we een goede score, namelijk 10,5 uit 18. Omdat 12 uit 18 toch te hoog gegrepen was, hadden we een nieuwe regel: de verwachte score met een overscore van 3. Helaas was de verwachte score 7,62 en kwamen we dus 0,12 punt tekort voor oliebollen... Dat was wel jammer, maar het mocht de pret niet drukken want we hadden de dag erna een rustdag. Zoals eigenlijk iedere dag werd er weer veel gebughoused. 's Morgens ging dat nog redelijk normaal, en 's middags gingen we met de hele groep naar “the Hobbit”. Dat was heel leuk, en we werden ook nog eens getrakteerd op een heerlijk kerstdiner. 's Avonds ging het bughousen er wat heftiger aan toe, en werden er veel wijze spreuken ontdekt zoals: “Schaak is altijd raak!”, “Dat is een slim paard” en “Remise is geen koe!” Al met al dus een hele gezellige en vrij standaard kerst.

Bijzonder was dat er dit jaar een match tussen Karpov en Timman werd gespeeld, die in het teken stond van het Nederland-Rusland jaar. De boot kreeg ook van allebei een masterclass, en dat was erg leuk en leerzaam! Timman liet 2 partijen zien uit de match om het wereldkampioenschap tussen hen, 20 jaar geleden. Karpov pakte het heel anders aan, en vroeg ons hoe we onze openingen kozen. Niemand durfde uiteraard te antwoorden, en toen moest uitgerekend ik ineens van Piet gaan uitleggen aan Karpov waarom ik de Taimanov speel! Uiteraard keken alle anderen heel opgelucht dat ik het woord kreeg in plaats van hen. Graag zou ik nu vertellen dat dankzij mijn overtuigende antwoord Karpov nu zelf opeens ook de Taimanov speelt, maar ik vrees dat ik niet verder kwam dan wat gestamel dat mijn trainer Wim Andriessen dat voor mij heeft bedacht.

In de zesde ronde speelde ik tegen Anne Veltman. Ik had nog niet zo goed gescoord, namelijk 1 uit 5 (dus eigenlijk 0 uit 4), maar wel leuke partijen gespeeld. Hij was erg aardig en kende mijn blog. Zo zei hij bijvoorbeeld dat hij eigenlijk Sandra op het blaadje had willen schrijven, om de grap een keer om te draaien! Het was een leuke partij en ik won. Daardoor kwam ik net als een paar anderen van de boot uit op 2 punten. Er waren al wat andere bootclashes geweest, maar ik hoopte dat het mij niet zou overkomen. Helaas wel, want ik moest de volgende dag tegen Kedem. Hij was de enige op de boot die ik voor het toernooi nog niet kende, dus dat was niet erg. Wat wel een beetje vervelend was, was dat onze kamer van onderaf (het was een tenslotte een echte boot) behoorlijk nat was geworden. Zo kon je er niet meer lopen zonder natte sokken te krijgen. Gelukkig waren we niet zo vaak op onze kamer, dus dat viel nog mee. Wat wel leuk was, was dat we die dag 12 uit 18 (als je de bootclashes van die dag weghaalt kwam het zelfs neer op 9 uit 12) hadden gescoord en dus oliebollen hadden!

De volgende dag moest ik tegen de Beerebeer. Hij begon goed, met 3 uit 4 waaronder een overwinning op een IM en zelfs een GM. Mijn moeder ging die dag boodschappen doen en moest precies zijn Fiderating van 2154 betalen, misschien was dat wel een voorteken? Zijn KNSB-rating was inmiddels virtueel zelfs 2290, zoals hij niet naliet ons regelmatig te vertellen. Tsja, wat moet je dan als je speelt tegen iemand die maar iets ouder is dan ikzelf, per dag geloof ik meer oefent dan ik in een week, en dus tactisch en theoretisch veel beter is dan ikzelf? Ik overwoog om het Ajax-shirt van Lars te lenen, want Thomas speelt altijd in Feyenoord-shirt. Maar dat zou niet passen en gelukkig heb ik op de club teamgenoten die me de juiste tactiek tegen jeugdspelers (sommigen doen dit niet alleen tegen jeugdspelers...) regelmatig vertellen en laten zien: speel als een honderdjarige en doe zetten waarmee je een olifant nog van zijn slapeloosheid af kan helpen. Ik begon dus voor de tweede keer in mijn leven met 1.d4 en won, nadat in tijdnood de kansen een paar keer wisselden. Daarna meteen voetballen met de Ajax-fans die heel blij waren met mijn overwinning. Helaas kreeg ik toen gelijk een bal in mijn gezicht, en ging mijn bril kapot. Toen ik dat via whatsapp aan mijn vader vertelde, vroeg hij of de Feyenoord-fans dat gedaan hadden, maar het was dus de beperkte techniek van de Ajax-fans. Voortaan maar weer gewoon met AZ-fans voetballen! Mijn schoenzool liet, net als vorig jaar, ook weer los door al dat gevoetbal. Dit was zelfs zo erg, dat ik de laatste dag de schoenen van Bart moest lenen om op te voetballen! Die schoenen pasten, ook al is hij iets van 1.95m!

De laatste avond was om meerdere redenen prima: we hadden weer een oliebollenscore gehaald, al kon iedereen tijdens de partij zelf al een oliebol pakken want er was genoeg voor alle deelnemers. Nog beter nieuws was dat ik de spellen, die ik had meegenomen voor op de boot, die avond toch nog terugvond! Opeens wist ik namelijk weer dat ik die in 1 van de geheime vakjes van mijn koffer had verstopt... De laatste ronde met een kapotte bril verloor ik, al lag dat niet aan de bril, want ik moest tegen IM Willy Hendriks en die was ietsje sterker dan ik... Maar met 4 uit 9, een mooie TPR en uiteraard geen enkele remise, was ik heel tevreden. Het was een zeer geslaagd toernooi, wat mij betreft het hoogtepunt van het schaakjaar, en ik hoop dus dat we volgend jaar weer op de boot mogen!

Het volgende toernooi voor mij wordt de Tata-tienkamp en uiteraard speel ik ook mee in het Tapijtgigant Open ASK, dat dit jaar voor het eerst een weekendtoernooi is!

2 opmerkingen:

  1. Bedankt voor het delen leuke informatie over chess festival. Volg onderstaande koppeling als u wilt online spelen schaken

    Schaken spelen

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Leuke blog, hoop op meer successen in het schaken

    BeantwoordenVerwijderen